De komende periode zal Enschede hard moeten werken aan de sociale en economische structuur van de stad. Maar 0,72 baan per inwoner en 1 op de 7 Enschedeers werkloos. Dat zijn getallen die er niet om liegen en ons verplichten om hier de komende jaren met elkaar de schouders onder te zetten in het belang van onze stad en onze inwoners. Het stimuleren van de werkgelegenheid is van cruciaal belang. Investeren in het Kennispark en innovatie, in zorg en technologie. Maar ook in het Midden- en Kleinbedrijf, in promotie van de stad en toerisme.

Als wij de uitwerking van het coalitieakkoord in de stukken die naar ons toe zijn gekomen bezien, dan vinden wij het een goede zaak dat deze zaken hier veel aandacht in krijgen, want dat is zoals gezegd broodnodig. Voornemens als het gebruikmaken van ontvangen talenten, het behoud van een goed sociaal vangnet binnen het armoedebeleid en de bijzondere bijstand, handhaving van het 100% kwijtscheldingsbeleid voor de minima, betere dienstverlening, het zijn van een betrouwbare partner en het streven naar een duurzame leefomgeving, kunnen op de steun van de ChristenUnie rekenen. Hoewel de manier waarop het college deze zaken wil realiseren nog wat vaag blijft. Dat vinden wij jammer, want de inwerkperiode van 100 dagen is toch bijna voorbij.

Wij zouden graag zien dat voor de duurzame leefomgeving concreet aandacht komt in het format bij elk voorstel, door toevoeging van een kopje gevolgen milieu, net als financiële gevolgen er nu in staan. Graag een reactie hierop van het college.

Het in het coalitieakkoord als nieuw gemelde voornemen om in elk woongebied van Enschede naar behoefte een buurtkamer te vestigen vinden wij een uitstekend plan. Maar vooralsnog blijkt nog niet dat dit nu wel voortvarend wordt opgepakt. Wanneer kunnen wij hier een voorstel voor tegemoet zien?

Ook een visie op de rol van het steunpunt vrijwilligers en aandacht voor mantelzorgers ontbreekt vooralsnog. We verwachten hier wel een concrete invulling van het college aangezien de raad bij de behandeling van de kadernota afgelopen jaar expliciet heeft aangegeven dit te willen.

Het instrument Social Return On Investment wordt opgevoerd als onderdeel van ons arbeidsmarktbeleid waar nog veel winst behaald kan worden. De ChristenUnie is van mening dat deze “Return” op een bredere manier gerealiseerd zou kunnen worden door dit instrument niet alleen in te zetten ten behoeve van het arbeidsmarktbeleid, maar ook ten behoeve van het onderhoud en beheer van de openbare ruimte. De partij die de aanbesteding wint, mag er bijvoorbeeld voor kiezen om in het kader van de SROI een werkbegeleidingsproject te doen maar ook om het onderhoud van een gedeelte van de openbare ruimte te financieren.

Wat de ChristenUnie ook mist is de uitgesproken intentie om huiselijk geweld, loverboys en vrouwenhandel tegen te gaan. De overheid is er om de kwetsbaren in de samenleving te beschermen. Deze onderwerpen hebben in de afgelopen jaren weliswaar al de nodige aandacht gekregen binnen onze stad maar de problematiek is zo ingrijpend dat deze wat ons betreft meer dan tot op heden het geval is de aandacht van zowel de raad als het college behoeft. Wij dienen hierbij dan ook een motie in die het college opdraagt om voor 1 januari 2011 met een blauwe nota naar de raad te komen waarin op deze problematiek wordt ingegaan, zodat in gezamenlijkheid met de raad een integrale visie hierop geformuleerd kan worden.

Voorzitter, ik ga afronden. Er is al heel wat gezegd door mijn voorgangers en ik wil ook nog wat overhouden voor mijn 2e termijn, waarbij we zoals afgesproken concreet ingaan op de kadernota. Dank u wel.

Tweede termijn

Dank u voor het woord voorzitter. In eerste termijn heb ik al wat lijnen genoemd die de ChristenUnie concreter en anders uitgewerkt zou willen zien in de programmabegroting. Dit hebben wij onderstreept met de door ons ingediende moties. In deze termijn zou ik graag nader ingaan op het voorstel.

Belangrijk in het beleid van de gemeente is de zorg voor de stad en voor haar burgers. Dit moet geen slim anticiperen zijn, maar de inzet voor een stabiel en betrokken Enschede moet uit onze poriën komen.

In mijn eerste termijn gaf ik al aan dat de eerste maanden van het college worden gekenmerkt door veel intenties en richtingen, maar dat wij hierbij nog wel de uitgesproken doelstellingen en oplossingen missen. Het benoemen van outcomes stelt ons als raad in staat om bij de behandeling van de resultaten na de tijd, bij de gemeenterekening 2010, daarover met elkaar te praten en het college daarop af te rekenen. Wij kunnen ons dan ook vinden in het uitwerken van een goede set prestatie-indicatoren, in nauwe samenspraak met de rekeningencommissie. Hierbij moet in het bijzonder rekening worden gehouden met de door de raad in de afgelopen jaren ingevoerde indicatoren, zoals de effectindicator levensloopbestendige woningen bij motie van 9 november 2009.

Met betrekking tot financieel realisme moeten we ons inziens altijd kritisch op de uitgaven letten, niet alleen tot 2014 of 2018. Wij staan sceptisch tegenover het opnieuw heroverwegen van de reserves en voorzieningen. Dat hebben we de laatste jaren al vaker gedaan en de laatste keer dat het college dit deed riep toenmalig wethouder Goudt uit dat het vet nu toch echt wel van de botten was geschraapt. Over oud-wethouders gesproken, hoe reëel is die 4 x € 132.000,- tot 2014 die hiervoor in de begroting is opgenomen? Is dat bedrag niet teveel nu de oud-wethouders alweer nieuwe functies zijn gaan of zullen gaan bekleden? Ik mag toch aannemen dat dit geen reservering is voor nu nog zittende wethouders.

Wij verbazen ons erover dat extra zal worden ingezet op mogelijke subsidies en bijdragen van derden. Dat is een goede zaak, maar als wij hierom vroegen in het verleden was het antwoord steevast dat we dit al optimaal deden. U zegt daarmee nu impliciet dat we in het verleden deze kansen hebben laten liggen, dus hoeveel verwacht het college hier eigenlijk mee binnen te halen?

In het voorstel stemmen wij, na daar eerder al een voorschot op te hebben genomen, in met het terugbrengen van het aantal programma’s van 14 naar 7. Dat betekent dat de ruimte om te schuiven binnen de programma’s zal toenemen. Wij willen het college geen vrije hand geven hierin en houden graag zicht op budgetveranderingen. Daar hoort een actieve verantwoording bij. Dat willen wij vastleggen in de financiële verordening. Aangezien deze zal moeten worden aangepast aan de nieuwe programmasystematiek roepen wij het college op om hier snel mee te komen en de raad gelet op het budgetrecht hier nauw bij te betrekken, zodat wij aangepaste regels voor de financiële verordening kunnen vaststellen.

In het voorstel wordt verder aangegeven dat uit de actualisatie 2010 blijkt dat er dekking nodig is voor een bedrag van 18,1 miljoen euro om de 10 majeure investeringsprojecten tot uitvoering te kunnen brengen. Voor de meeste majeure projecten zal in 2010 besluitvorming plaatsvinden of zullen in 2010 bindende afpraken met partners worden gemaakt. Wij gaan ervan uit dat het college voor de programmabegroting geen bindende afspraken met partners maakt, zodat de raad daarbij niet voor voldongen feiten wordt geplaatst. Hiertoe dienen wij een motie in die dat uitspreekt.

Voorzitter, wij zien de verdere uitwerking van de kadernota in de programmabegroting met belangstelling tegemoet en verwachten hierin de door ons gemaakte opmerkingen verwerkt te zien. Wij bidden het college Gods zegen toe bij de uitvoering van de taak waartoe zij geroepen is ten behoeve van een stabiel en betrokken Enschede. Dank u wel.

Jurgen van Houdt