In memoriam Jan Mans
Zoals zovelen leerde ik burgemeester Jan Mans kennen op de avond van 13 mei 2000. Ik had net gehoord dat mijn huis er niet meer was, maar Jan Mans gaf mij ondanks alles het gevoel dat het goed zou komen. Hij was daar, op dat moment, een echte burgervader. Hij bleef rustig maar duidelijk, draaide niet om de harde feiten en de ellende heen.
In 2001 kwam het rapport Oosting met daarin hele duidelijke conclusies over waar verantwoordelijkheden lagen. De ChristenUniefractie heeft toen heel wat avonden gediscussieerd over hoe het verder moest. Onder meer op basis van een boek van Ed van Thijn over de Bijlmerramp werd besloten dat de ChristenUnie zou pleiten voor het aftreden van Mans. Hij was uiteindelijk eindverantwoordelijk en daarmee ook politiek verantwoordelijk. Het debat moest gaan over wat er gebeurd was voor mei 2000, en niet overhoe burgermeester Jan Mans het na die tijd had gedaan. Daarvoor was alle lof, in de gehele raad. Het werd een moeilijk debat, zeker ook om iemand weg te sturen die na de vuurwerkramp zoveel goeds gedaan had. Voor de ChristenUnie stond echter de politieke verantwoordelijkheid voorop.
Ik zat thuis voor de televisie, mij niet bewust van de discussies die zich achter de schermen hadden afgespeeld. Ik was boos op mijn partij, "kom niet aan Mans!!!" Nu begrijp ik de opstelling van de ChristenUnie toentertijd heel goed, en ik denk dat we meer vanuit dit soort principes naar de politiek moeten kijken, maar dat even terzijde.
Jan Mans kreeg genoeg steun om te blijven en onze fractievoorzitter was de eerste die hem daarmee feliciteerde. Toen ik in 2002 raadslid werd was Mans voorzitter van de raad, en als ik zijn stem hoorde moest ik nog vaak terug denken aan al die persconferenties die hij na 13 mei 2000 had gegeven. In 2005 nam hij afscheid van een stad die hij beter achter liet dan dat hij hem aantrof. Met de opmaat van het Muziekkwartier, een vernieuwd Van Heekplein en een grote Van Heekparkeergarage. Hij vertelde eens dat hem de tranen in de ogen sprongen toen hij voor het eerst richting centrum reed en op de informatieborden zag staan dat de Van Heekgarage “vol” was.
Afgelopen jaar hadden we nog een paar keer contact, over een project van het Huis van Verhalen om de geschiedenis van de vuurwerkramp vast te leggen. Helaas werd het interview uitgesteld vanwege Covid-19, en nu kan het niet meer...
Ik zal hem blijven herinneren als de burgemeester van de vuurwerkramp. Die er stond toen het nodig was, als burgervader voor de inwoners, het hoofd koel en het hart warm.
Namens de fractie van de ChristenUnie,
Hadassa Meijer