Oorzaak van de commotie was een initiatiefvoorstel, ingebracht door GroenLinks, om ambtenaren van de burgerlijke stand te verplichten - desnoods tegen hun geweten in - homohuwelijken te sluiten. Dit voorstel bleek gesteund te worden door VVD, D66, fractie Liedtke/Çegerek en PvdA en zou daarmee op een raadsmeerderheid kunnen rekenen. Dit ging de coalitiepartijen CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen te ver, omdat zij daarmee het vertrouwen in de PvdA als collegepartij dreigden te verliezen.
Na overleg vooraf binnen de coalitie van PvdA, CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen werd besloten het voorstel in de raadsvergadering van tafel te halen. CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen hebben coalitiegenoot PvdA ervan weten te weerhouden steun aan dit voorstel te geven. In gezamenlijkheid werd besloten een ordevoorstel in te dienen en het probleem terug te leggen waar het ontstaan is: bij de wetgever in Den Haag. Dat gaat gebeuren doordat het college van Burgemeester en Wethouders is gevraagd een brief te schrijven aan de Vaste Kamercommissies van Justitie en Binnenlandse Zaken, om de zaak van gewetensbezwaren rond het homohuwelijk opnieuw op de agenda van de wetgever te plaatsen.
Waarom een crisis?
De christelijke partijen en Burgerbelangen hebben de zaak rond het initiatiefvoorstel hoog opgenomen. Waarom eigenlijk? Omdat het de fundamenten van onze democratische rechtsstaat raakt. Was het initiatiefvoorstel aangenomen, dan was het niet meer mogelijk uit de bevolkingsgroep van christelijke huize nog ambtenaren van de burgerlijke stand te benoemen. Zij kunnen namelijk het sluiten van een huwelijk tussen twee mensen van hetzelfde geslacht niet met hun geweten verenigen. En het initiatiefvoorstel liet geen enkele twijfel bestaan, een dergelijk fundamenteel gewetensbezwaar zou niet langer worden erkend. Daarmee ongeveer een tiende deel van de burgers van deze stad buiten spel zettend. Alsof dat geen discriminatie is.
Daarmee raken we aan de wortel van ons staatsbestel. Niet voor niets heeft de Vader des Vaderlands Willem van Oranje destijds de Nederlandse staat gegrondvest op de gewetensvrijheid van de burgers. Niet voor niets ook is dat beginsel opgenomen in onze grondwet, waarin de verschillende vrijheden zijn vastgelegd, zoals de vrijheid van godsdienst, van meningsuiting, van onderwijs etc. Niet voor niets ook is voor die vrijheden in de Tweede Wereldoorlog opgekomen door het verzet, krachtig gesteund door Koningin Wilhelmina en daarin bijgestaan door de afgelopen week overleden Prins Bernhard.
CDA, Burgerbelangen en ChristenUnie vinden aantasting van dat recht op gewetensvrijheid zo essentieel, dat zij deze zaak hoog opnamen. Eerlijk gezegd verwachtten wij dat ook niet van politieke partijen, die de democratie hoog in het vaandel willen voeren. De geschiedenis leert maar al te zeer, dat je enorm moet gaan oppassen, wanneer de democratische rechten op vrije meningsuiting, maar ook van een vrij geweten aangetast dreigen te worden. Dat is de reden, dat wij deze zaak zo hoog opnamen en de vertrouwensvraag aan de PvdA moesten voorleggen.
Ondubbelzinnige uitspraak
In Leeuwarden heeft een vergelijkbaar voorstel vanuit de gemeenteraad geleid tot een rechtszaak door de christelijke ambtenaar van de burgerlijke stand mevrouw Eringa. Zij is in het gelijk gesteld door een beroep te doen op de Algemene Wet Gelijke Behandeling. De commissie Gelijke Behandeling heeft ondubbelzinnig uitgesproken dat in strijd met deze wet wordt gehandeld, wanneer een ambtenaar van de burgerlijke stand gedwongen tegen zijn geweten in een homohuwelijk te sluiten. In de uitspraak wijst de commissie Gelijke Behandeling op het feit, dat de gemeente Leeuwarden ruimschoots voldoet aan haar wettelijke plicht alle soorten huwelijken te sluiten, omdat er genoeg andere ambtenaren van de burgerlijke stand beschikbaar zijn. Die situatie is in Enschede niet anders: er zijn in totaal 23 ambtenaren van de burgerlijke stand beschikbaar, bij een aantal homohuwelijken van 16 in 2003 en tot nu toe 9 in 2004. Of zoals CDA-fractievoorzitter Bob Heeringa terecht verwoordde: "Wat is hier eigenlijk het probleem? Er is helemaal geen probleem".
Procedure
CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen hadden ook grote moeite met de gevolgde procedure. Het initiatiefvoorstel van GroenLinks werd op de dag na de gebruikelijke fractievergaderingen op de donderdagavond voor de raadsvergadering ingebracht. Pas toen bleek zwart op wit, dat de PvdA op voorhand meeging in een opzetje van de oppositie. Het stuk bleek mede ondertekend door PvdA-raadslid Ed Wallinga. In zo’n geval en bij onderwerpen, die zo gevoelig liggen bij de coalitiegenoten, is het verstandig vooraf afstemming te zoeken binnen de coalitie. Er zijn immers vier partijen in vertrouwen op het gezamenlijk gesloten collegeakkoord voor vier jaar aan de slag gegaan. Dat vertrouwen wordt aangetast door zonder overleg zaken met de oppositie te regelen.Goed overleg
Op grond van drie punten hebben CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen aan de PvdA laten weten dat het vertrouwen in de coalitie op het spel zou worden gezet, wanneer de PvdA dit initiatiefvoorstel in de raad zou steunen en aan een meerderheid zou helpen. Die drie punten zijn:
- het grote belang dat wij hechten aan gewetensvrijheid in ons land,
- de duidelijke uitspraak van de commissie Gelijke Behandeling, die het initiatiefvoorstel feitelijk onmogelijk maakt,
- en de moeite die wij met de gevolgde procedure hebben: zonder enig overleg me de coalitiepartners op zo’n gevoelig punt ineens zaken met de oppositie doen.
Gelukkig ontstond er tijd voor nader overleg, doordat de drukke raadsagenda van maandag 15 november jl. niet kon worden afgewerkt en een extra raadsvergadering twee weken later, op 29 november, werd ingelast. Dat gaf de gelegenheid de zaak indringend in coalitieverband te bespreken. Intussen had ook het college van Burgemeester en Wethouders zich over de zaak gebogen, omdat de wethouders van CDA, ChristenUnie en Burgerbelangen melding deden van de dreigende vertrouwensbreuk. B en W hadden eerder een praktische regeling getroffen rond het homohuwelijk en de enige ambtenaar van de burgerlijke stand met gewetensbezwaar herbenoemd voor een periode van vijf jaar.
Het college heeft de coalitiepartners gediend met een juridische analyse. Conclusie is, dat de uitspraak van de commissie Gelijke Behandeling in de Leeuwardense zaak helder is: het initiatiefvoorstel is strijdig met de Algemene Wet Gelijke Behandeling. Met andere woorden, een ambtenaar van de burgerlijke stand met een gewetensbezwaar mag niet gediscrimineerd worden door het gemeentebestuur. Een door de Raad aangenomen voorstel zou door de Burgemeester voor vernietiging aan de Kroon moeten worden voorgedragen.
Geen debat
In de raadsvergadering en daarna ook in de media heeft men zich gestoord aan het feit dat er geen openbaar debat aan de zaak is gewijd. In het coalitieoverleg werd het niet wijs geacht, in deze tijd van heftige discussies rond de grondwettelijke vrijheden in ons land, in Enschede nog eens een heel debat te gaan voeren over discriminatie van de ene, dan wel de andere groep. Vastgesteld werd, dat er twee standpunten tegenover elkaar staan, waarover de jurisprudentie tot nu toe naar twee kanten wordt uitgelegd. Er is door de rijksoverheid een situatie van rechtsonzekerheid in stand gehouden, door de zaak aan de praktische invulling van gemeenten over te laten. In goed overleg werd besloten, de zaak terug te leggen waar hij hoort: bij de wetgever. Die taak met het indienen van een ordevoorstel aan B en W opgedragen.
Er is dus bewust afgezien van een debat. Wel hebben de coalitiepartijen afgesproken zich nader te verantwoorden. Dat gebeurt in de verschillende elektronische nieuwsbrieven.
Constructieve afspraak
Als fractie en wethouder van de ChristenUnie zijn wij blij, dat wij op deze constructieve manier een goede afspraak hebben kunnen maken met coalitiegenoot PvdA. Wij voelen ons ook gesteund door CDA en Burgerbelangen, daar waar voor ons de dubbelrol van onze fractievoorzitter, tevens ambtenaar van de burgerlijke stand, in het geding was. Wij hebben waardering voor de manier, waarop fractievoorzitter Marijke van Hees van de PvdA namens de hele coalitie in de raad het woord heeft gevoerd en zich in het oppositionele geweld staande heeft gehouden.
Wij hebben ons wel verbaasd, dat democratische partijen in onze raad zich niet bewust lijken te zijn van het grote belang voor onze democratische samenleving van het respecteren van minderheden en van gewetensbezwaren. Wat dat betreft verdient D66 een pluim: zij distantieerden zich van het initiatiefvoorstel en hebben die democratische inslag wel duidelijk getoond. Wij hopen en vertrouwen dat dit inzicht ook weer terugkeert bij de overige politieke partijen, waar wij tot voor kort op dit belangrijke punt altijd konden aanspreken.
Tenslotte
Wij hebben vertrouwen in een helder antwoord uit Den Haag, dat naar onze overtuiging niet anders kan luiden dan dat het initiatiefvoorstel van GroenLinks cs. strijdig is met de Algemene Wet Gelijke Behandeling en dat de praktische oplossing rond het sluiten van homohuwelijken, die in Enschede al is gevonden, gewoon kan worden voortgezet. Een regeling door de Kamer van het gewetensbezwaar in het Burgerlijk Wetboek, waar het huwelijk is geregeld, zou de beste oplossing zijn. Net zoals er voor allerlei andere functies de mogelijkheid van gewetensbezwaren gewoon wettelijk is geregeld.
Fractie en wethouder
van de ChristenUnie,
j.vd.graaf@enschede.nl
p.datema@enschede.nl
h.meijer@enschede.nl
t.d.weger@enschede.nl